2014-02-24 – Het Byrrh is een opmerkelijk en origineel gebouw, een getuige van het industriële verleden van Brussel. De productie van het aperitief met dezelfde naam stopte in de jaren zestig, maar de gevels en glaspartijen van het gebouw naast Thurn & Taxis zijn bewaard en beschermd. Het geheel krijgt opnieuw een economische functie in 2018 dankzij een nieuw project, dat wordt gesteund door Brussel-Stad en het OCMW van Brussel, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Binnenkort wordt de stedenbouwkundige vergunning ervoor afgeleverd. Het begin van de werken is gepland voor begin 2015.
Dit indrukwekkend grote industriële complex (meer dan 12.000 m2)werd in 2007 eigendom van het OCMW in Brussel. Al snel ontkiemde er een project: de oprichting van een centrum voor stedelijke economische activiteiten. Die passen heel goed in zo'n soort locatie. Het gebouw grijpt terug naar zijn verleden, maar met enkele opvallende wijzigingen: er worden geen alcoholhoudende dranken meer verkocht, maar de ruimte zal worden verdeeld in een aantal moduleerbare ateliers, waar de productie- of verpakkingsactiviteiten van verschillende bedrijven onderdak kunnen vinden.
Typische gevel
De lange gevel van het Byrrh strekt zich uit tussen de twee hoeken van de Dieudonné Lefèvrestraat in Brussel. Die ligt in de wijk van het wegtransport en van de Haven van Brussel, achter het terrein van Thurn & Taxis. De muren zijn gemaakt van steen, afgezet met rode baksteen. Sgraffiti versieren het bovenste gedeelte en decoreren de inscriptie van het beroemde aperitiefmerk uit het verleden. Het gebouw uit de jaren twintig is uitgestrekt maar niet zo hoog, een voorbeeld van industriële architectuur die is geïntegreerd in de stad. Een gigantische houten poort geeft toegang tot een driehoekig binnenplein versierd met een mooi glasraam. Aan weerszijden van deze ingang kun je je voorstellen dat er in de toekomst kantoren komen die verbonden zijn met de economische activiteiten van het centrum, evenals vergaderzalen. Daarnaast plant het project een cafetaria dat open is naar de binnenkant en de buitenkant van het complex.
Het driehoekige binnenplein is toegankelijk voor vrachtwagens en uitgerust met laad- en loskades, zodat de goederen van en naar ateliers vervoerd kunnen worden. Die zullen over twee verdiepingen verspreid zijn in het achterste gedeelte van de grote ruimte en in het hoge gedeelte van de Lefèvrestraat. Alles geeft in het midden uit op een enorm plateau dat overdekt is met een glaspartij en dus extreem licht is. Daar vindt de centrale activiteit van dit bedrijvencentrum plaats en deze ruimte dient ook als verbinding tussen de verschillende activiteiten.
Geïntegreerde renovatie
De ateliers kun je je al goed voorstellen. Die zullen op een bijna natuurlijke wijze opgaan in de structuur van het oude gebouw. De volumes zijn enorm: de ruimte wordt onderverdeeld in moduleerbare ateliers van 250 tot 1.500 m2. In totaal bedraagt de ruimte voor ateliers bijna 6.000 m2. De ingang en loskade voor trailers zullen de bevoorrading vergemakkelijken.
Aan de achterkant, tussen het Byrrh en het gebouw van de Haven van Brussel, wordt een nieuwe weg aangelegd voor de doorgang naar het terrein van Thurn & Taxis, dat eveneens in volle beweging is. En de monumentale blinde gevel van het Byrrh zal worden opengemaakt (met vitrines en de ingang van het cafetaria).
Dat zijn op papier de waarschijnlijke plannen voor het Byrrhcomplex. Het initiële project is al gewijzigd op verzoek van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, die niet instemde met de inrichting van een ondergrondse parkeergarage die de opdrachtgever had ingetekend. Er komen binnen parkeerplaatsen voor de busjes die onmisbaar zijn voor de bedrijven en er zijn nog onderhandelingen bezig met de Haven van Brussel voor de andere voertuigen.
De beschermde gevels zijn ook een hele opgave voor de energiebeheersing van het gebouw. Maar: "Ons project heeft in 2011 de prijs van Voorbeeldgebouw 2011 gekregen," vertelt Isabelle Emmery. "Het zal een lage energiewaarde hebben, ook al zijn er veel beperkingen op het vlak van isolatie."
Bijna 200 banen
Op termijn zouden ongeveer 200 mensen hier werk moeten vinden, vooral laaggeschoolde buurtbewoners. Uit het voorbereidende onderzoek van het project kwamen drie voorstellen naar voren van bedrijven die idealiter een plaats zouden vinden in het complex. Ten eerste bedrijven die actief zijn in de voedingssector, die bijvoorbeeld voedingsproducten verwerken of herverpakken. Ten tweede bedrijven uit de recyclagesector, bijvoorbeeld informaticamateriaal. Tot slot, ambachtslieden die actief zijn in de bouwsector: siersmeden, metselaars, schrijnwerkers ...
Het gaat om bedrijven die al aanwezig zijn op het Brusselse grondgebied en willen uitbreiden of bedrijven van buiten Brussel die de verkeersoverlast willen vermijden van elke dag de stad in en uit te moeten rijden. Op het vlak van communicatie zet ook de nabijheid van het kanaal aan het denken. Sommige bedrijven zullen goederen daarover kunnen vervoeren, want er bestaat een loskade voor bedrijven uit de bouwsector aan de rand van het kanaal. De keuze voor deze optie zal geval per geval bekeken worden, afhankelijk van de activiteiten die in de loop van 2018 deze mythische plek tot leven zullen brengen.
Jean-Pierre Borloo